|
Karel Giltay
Dit jaar is het honderd jaar geleden dat Turkije's meest vooraanstaande dichter Nazım Hikmet werd geboren. Hikmet voornaamste prestatie is zijn bijdrage aan de vernieuwing van de Turkse literatuur. Vanwege zijn politieke opvattingen en levenswandel geniet hij in Turkije echter nog steeds niet de erkenning die hij verdient. Een kennismaking met deze bijzondere schrijver.
Vanwege de honderdste verjaardag van Nazım Hikmet worden in Europa en Turkije tal van festiviteiten georganiseerd. De UNESCO heeft 2002 uitgeroepen tot Nazım Hikmet-jaar en besteedt met name in Frankrijk veel aandacht aan Hikmet. In Turkije is een standbeeld opgericht – weliswaar in een afgelegen park in Istanbul - en staan er een wat verlate bibliografie en een fototentoonstelling op stapel en een internationaal Nazım Hikmet-symposium. De bekende pianist Fazıl Say maakte in opdracht van het ministerie van cultuur de compositie 'Nazım' dat in oktober 2001 voor het eerst ten gehore werd gebracht in aanwezigheid van de Turkse president Ahmet Necdet Sezer. Ten slotte is er ook nog een theaterstuk waarin Nazım Hikmet eer bewezen wordt. Het stuk 'Ik ben een mens' van auteur en acteur Rüstü Asyalı gaat over de laatste nacht van de dichter in Moskou, en ging op 15 januari van dit jaar in Ankara in première.
Naast al deze eerbetuigingen aan Nazım Hikmet zetten een aantal organisaties en personen zich in voor zijn erkenning en eerherstel. Verschillende linkse organisaties in Turkije verzamelden 500.000 handtekeningen ten behoeve van een petitie aan de Turkse staat om Hikmet postuum zijn staatsburgerschap terug te geven. Daarnaast ijveren bewonderaars van Hikmet voor zijn herbegrafenis in Turkije, omdat Hikmet altijd heeft uitgesproken na zijn dood in Turkije begraven te willen worden.
Poëet bij geboorte
Nazım Hikmet is in 1902 in Saloniki geboren (nu Thessasaloniki) in het toenmalige Osmaanse Rijk. Hij groeit op in Istanbul. Zijn vader was een hoge militaire officier, zijn moeder schilderde en zijn grootvader schreef poëzie. Ook via de kennissenkring van zijn ouders komt Nazım Hikmet al op zeer vroege leeftijd in aanraking met dichtkunst en de gevolgen blijven niet lang uit: Op zijn veertiende schrijft hij zijn eerste gedicht en als hij zeventien is begint hij te publiceren.
Net als zijn vader begint Hikmet aan een militaire carrière. Hij kan zijn opleiding bij de marine echter niet afmaken, vanwege gezondheidsklachten. Tijdens de bevrijdingsoorlog in Turkije begin jaren twintig sluit Hikmet zich in eerste instantie aan bij het nationale verzet. Later, als Istanbul wordt bezet door de geallieerden, geeft hij les in het door de Turkse nationalisten gecontroleerde gebied. Vrij spoedig echter besluit hij zijn heil in de Sovjet-Unie te zoeken. Hij schrijft zich in 1922 in aan de Universiteit van Moskou en treedt toe tot de communistische partij van Turkije. In 1932 wordt hij uit de partij gezet.
In Moskou werkt hij samen met Meyerhold en heeft hij contact met Majakovski en andere Russische, avant-garde schrijvers. Deze invloed mist zijn uitwerking niet: Hikmet zet de Osmaanse literaire tradities overboord en introduceert het vrije vers en de spreektaal in zijn werk. Hikmet wordt hiermee de grote vernieuwer van de Turkse poëzie in de jaren dertig van de vorige eeuw. Hij schrijft naast poëzie ook toneelstukken en sociaal-kritische romans, maar wordt vooral gewaardeerd om zijn gedichten, die over het algemeen sterker zijn en meer zeggingskracht hebben dan zijn overige werk.
De Eerste Wereldoorlog en de bezetting van Istanbul door de geallieerden zetten hem in eerste instantie aan tot het schrijven van poëzie. Veel van zijn gedichten hebben thema's als vrijheid, dood, zijn liefde voor vrouwen en zijn zoon Mehmet, heimwee naar en liefde voor zijn vaderland Turkije, en het dagelijks leven van gewone mensen:
'Mijn land: kamelen, treinen, auto's en zieke ezels, populier, wilgeboom en rode aarde.'
Met betrekking tot het dagelijks leven van gewone mensen noemt Hikmet het latere Mensenlandschappen eerst als politiek en kunstzinnig statement 'Encyclopedie van beroemdheden'.
Hikmet neemt het in zijn poëzie op voor de onderdrukten en vertrapten in de Turkse samenleving en het gaat bij hem over de vitaliteit van de strijd en het leven en past niet binnen een bepaald politiek systeem. De latere eerste president van Turkije, Mustafa Kemal Atatürk, adviseerde Hikmet om 'poëzie te schrijven met een doel'. Zijn poëzie zou ondergeschikt moeten zijn aan de Turkse zaak en ten dienste moeten komen van het dan nog prille kemalisme. Hikmet had daar geen boodschap aan. Als er al bij hem sprake is van het direct tot uiting komen van een bepaalde politieke doctrine dan is dat het socialistisch internationalisme. Hikmets weigerachtige opstelling was geen incident. Hij wenste zich ook later niet te conformeren aan de politiek-culturele doctrines van de Turkse eenpartijstaat onder leiding van Mustafa Kemal. Deze houding plus zijn linkspolitieke opvattingen zorgden ervoor dat hij veelvuldig zou worden vervolgd. Hij zou een groot deel van zijn leven in gevangenschap en ballingschap doorbrengen. Veel van zijn werk kwam dan ook in de gevangenis tot stand.
Zondag
Vandaag is het zondag. Nazım Hikmet (uit: Nazim Hikmet, Turkse gedichten, Masereelfonds, 1981, vertaling: J. Iven en Perihan Eydemir) De dode op het Beyazitplein
Er ligt een dode
Er ligt een dode
Er ligt een dode
Er zal een dode liggen Nazim Hıkmet (uit: Nazim Hikmet, Turkse gedichten, Masereelfonds, 1981, vertaling: J. Iven en Perihan Eydemir)
|
Internationale erkenning
In 1926 wordt Nazım Hikmet vanwege een gedicht bij verstek tot vijftien gevangenisstraf veroordeeld. De inhoud van het gedicht zou staatsgevaarlijk zijn, want aanzetten tot opstand. Hikmet bevindt zich op dat moment in Moskou, op de vlucht voor zijn juridische vervolging. In 1928 verlaat hij Moskou en vestigt zich weer in Turkije. Hij hoopt namelijk in aanmerking te komen voor een amnestieregeling voor personen die veroordeeld zijn wegens 'politieke' misdrijven. Als professie kiest hij uiteraard het schrijven. Hij ontwikkelt zich snel tot een van de leiders van de Turkse literaire avant-garde. Hij wordt echter spoedig weer opgepakt en uiteindelijk veroordeeld tot zesenhalf jaar gevangenisstraf. In 1932 verschijnt zijn eerste toneelstuk 'Bij de open haard'. In 1933, na vijf jaar zitten, komt hij vervroegd vrij ten gevolge van een algemene amnestie naar aanleiding van het tienjarig bestaan van de republiek. Vanwege de juridische vervolging van Hikmet wordt vanaf 1938 tot 1965 zijn werk in Turkije gepubliceerd noch verkocht. Internationaal krijgt hij echter de erkenning als groot dichter; zijn werk wordt in bijna vijftig talen vertaald!
In 1936 verschijnt Epos van Sheik Bedrettin, over de religieuze voorman die in de vijftiende eeuw in opstand kwam tegen de Osmaanse heerschappij. Het is het laatste boek dat tijdens Hikmets leven in Turkije uit zou komen. In 1938 wordt hij opnieuw veroordeeld, dit keer tot 28 jaar en vier maanden cel voor het zogenaamd aanzetten tot rebellie onder soldaten. Zijn Epos van Sheik Bedrettin was bij een doorzoeking van een militaire academie aangetroffen bij studenten. In de periode 1941-1945 schrijft Nazım Hikmet in de gevangenis van Bursa zijn circa 600 pagina's dikke meesterwerk Mensenlandschappen (İnsan Manzaraları), een epos over de Turkse bevrijdingsoorlog. Hikmet wil met Mensenlandschappen onder meer bereiken '... dat de lezer, nadat hij de 12.000 regels heeft gelezen, zich zo voelt alsof hij door een grote, heen en weer golvende mensenmenigte is gegaan.' In 1945 verschijnt Hikmet sterkste theaterstuk 'Ferhad en Sirin', gebaseerd op een oude Turks-Perzische legende over een liefdespaar. Het stuk is later verfilmd en ook omgewerkt tot een balletstuk. In 1956 verschijnt een ander bekend theaterstuk van Hikmet, over Stalin. Hikmet bekritiseert in dit stuk de verering van de Sovjet-leider. De voornaamste thema's van zijn toneelwerken zijn eenzaamheid, verraad en het kapitalistische kwaad.
Ballingschap |
In ballingschap wordt Nazım Hikmet lid van de World Peace Council, waarvan ook Neruda, Sartre, Picasso en Ehrenburg deel uitmaakten. Daarnaast zet hij zich in de jaren vijftig in voor het tegengaan van de verspreiding van kernwapens. In 1959 verliest hij zijn Turkse staatsburgerschap en wordt hij veroordeeld als landverrader, onder andere vanwege zijn veronderstelde sympathie voor de Sovjet-Unie (1). Nazım Hikmet sterft in ballingschap op 3 juni 1963 te Moskou.
Wie meer wel weten over het leven van Nazım Hikmet raden we de volgende titel aan: Saime Göksu, Edward Timms, Romantic Communist: The Life and Work of Nazım Hikmet, Hurst & Co, 1999. ISBN 1850653712.
Vertaalde werken van Nazım Hikmet:
Turkse gedichten, Masereelfonds, 1981
Turkse strijdliederen, HTIB, Amsterdam, 1981
Brieven aan Taranta-Babu, De Populier, 1984
Het verliefde wolkje en andere sprookjes, Sjaloom en Wildeboer, 1984
Allem Kallem, Een Sprookje, De Geus, 1986 (nog leverbaar)
Mensenlandschappen, De Geus/Epo, 1995 (nog leverbaar)
De romantici, De Geus/Epo, 1995 (nog leverbaar)
De verliefde wolk, Bakermat, 1996
Noot:
1) Volgens de Turkse tv-zender NTV was het ontnemen van het staatsburgerschap van Nazım Hikmet niet gerechtigd. Mogelijk krijgt hij daarom het staatsburgerschap postuum weer terug. (bron: 'Ausbürgerung ungültig', Tageszeitung, 14 maart 2002)